Ontbijten als een echte Hollander (de New York-versie)

Na ons immigratie verhoor, een te dure taxi rit, en een korte incheck procedure in ons hotel, staan we om 20 uur ’s avonds jetlaggerig in New York City. Het regent, en ik heb gympen aan van stof. Het feit dat ik natte sokken heb, en we allebei honger hebben betekent dat de gezelligheid op de proef wordt gesteld.  Gelukkig vinden we snel een semi-toeristisch pizza restaurant, en bestellen twee grote pizza’s en twee grote glazen rode wijn. De man vertelt dat ze geen vergunning hebben en dat ze geen alcohol verkopen. Ik wil hem slaan (want honger) en vragen waarom ze het dan op het menu zetten maar zeg op een net iets te gemeende kinderlijke toon: “But wine makes me happy.” Wijn maakt hem ook blij.

Achter ons komen Nederlanders zitten, en omdat ik nul contact wil praat ik (slecht) Frans afgewisseld met (goed) Engels. Mijn man accepteert het zonder mokken, ondertussen is hij gewend aan mijn rariteiten of hij maakt een goede afweging (want honger, natte sokken, en moe, staat gelijk aan onredelijk ruziënde vrouw). De pizza’s zijn groot en warm en we eten ze in kortere tijd op dan ze gemaakt zijn. Daarna gaan we weer de regen in.

We besluiten dat deze dag lang genoeg geduurd heeft en lopen terug naar het hotel. Onderweg kopen we in een wine & liquor store een fles Rioja. Gelukkig denken we er op tijd aan dat we geen glazen hebben en geen kurketrekker. No problem, blijkt. We kunnen plastic in elkaar zet glazen (voor tien dollar) kopen en ze willen de kurk er daar aftrekken (voor gratis). Als twee blije kinderen met natte sokken lopen we de laatste meters naar ons hotel en drinken twee plastic glazen wijn en gaan slapen. Ik droom over liften en klokken.

De nacht is vreemd. Vanaf half twee zijn we afgewisseld wakker en om half zes is het echt klaar. Ons lichaam snapt er niks meer van en we hebben honger. Het ontbijt is doordeweeks van 6-9 dus om een minuut over zes staan we in het minizaaltje waar het ontbijt geserveerd wordt. We zijn de enige.

Er is ook geen ontbijt.

Wel koffie, maar daar kan je niet op kauwen. We maken expres herrie met een stoel. De ontbijt mevrouw verschijnt niet veel later met spullen voor het ontbijt (geen eten). Ze zegt dat het ontbijt er aan komt. We liegen dat het geen haast heeft. Ergens schamen we ons (eigenlijk alleen ik). De mevrouw zegt dat ze altijd honger heeft als ze vroeg wakker is en sjokt weg richting de keuken. Er komt brood, maar geen beleg. Koek, cake en harde croissantjes volgen. We proberen het allemaal en vinden het niks. Een dunne man verschijnt precies op het moment dat de ontbijt mevrouw een schaal roerei met worst brengt. Waarschijnlijk wist hij uit ervaring dat die pas om half zeven zou komen. Hij schept drie grote borden op. Een andere, dikkere meneer komt binnen en trekt na een korte observatie aan kastjes en laden, op zoek naar ander eten. Ik oordeel niet, en waardeer zijn inspanning. De koffie is gelukkig wel lekker.

Ik eet de komende dagen mini verpakkingen Kellogg’s zonder melk. Deels omdat mini verpakkingen me fascineren en het me aan chips doosjes doet denken, maar vooral omdat ik de rest niet wil. Ik denk dat het iets Nederlands is, we hebben voor het ontbijt betaald, dus we komen ontbijten. Pas op de derde dag breekt ons ingebakken nationalisme en besluiten we de komende dagen te eten bij de fancy Franse bakkerij verderop. (Chococroissantjes! Blueberry Muffins! Fruit!)

En ja, we halen wel eerst koffie in ons ontbijtzaaltje.

Leave a comment